Het perfecte huis

Tekst
Loe katkendit
Märgi loetuks
Kuidas lugeda raamatut pärast ostmist
Het perfecte huis
Šrift:Väiksem АаSuurem Aa
h e t  p e r f e c t e  h u i s
(een Jessie Hunt psychologische thriller – book drie)
b l a k e   p i e r c e
Blake Pierce

Blake Pierce is de USA Today bestseller-auteur van de RILEY PAGE-mysteriereeks, die uit zestien boeken bestaat (en daar komen nog meer bij). Blake Pierce is ook de auteur van de MACKENZIE WHITE-mysteriereeks, bestaande uit dertien boeken (en daar komen nog meer bij); van de AVERY BLACK-mysteriereeks, bestaande uit zes boeken; van de KERI LOCKE mysteriereeks, bestaande uit vijf boeken; van de HOE RILEY PAIGE BEGON mysteriereeks, bestaande uit vijf boeken (en daar komen nog meer bij); van de KATE WISE mysteriereeks, bestaande uit zes boeken (en daar komen nog meer bij); van de CHLOE FINE-psychologische suspense-mysterie, bestaande uit vijf boeken (en daar komen nog meer bij); van de JESSIE HUNT psychologische suspense thriller-reeks, bestaande uit vijf boeken (en daar komen nog meer bij); van de AU PAIR psychologische suspense thriller-reeks, bestaande uit twee boeken (en daar komen nog meer bij); van de ZOE PRIME mysteriereeks, bestaande uit twee boeken (en daar komen nog meer bij); en van de nieuwe ADELE SHARP mysteriereeks.

Blake is een fervent lezer en al haar hele leven fan van het mysterie- en thriller genre. Blake vind het heerlijk om van jou te horen, ga dus meteen naar www.blakepierceauthor.com om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes.

Auteursrecht © 2018 Blake Pierce. Alle rechten voorbehouden. Tenzij zoals het is toegestaan volgens de U.S. Copyright Act van 1976, mag geen enkel deel van deze publicatie gereproduceerd worden, verdeeld worden of verzonden worden in geen enkele vorm of op geen enkele manier, of bijgehouden worden in een database of bewaringssysteem, zonder de toestemming van de auteur.  Dit e-book heeft enkel een licentie voor persoonlijk gebruik. Dit e-book mag niet doorverkocht worden of weggegeven worden aan andere personen.  Indien u dit boek wil delen met andere personen, gelieve een bijkomende kopij te kopen voor elke ontvanger.  Als u dit boek leest zonder het gekocht te hebben, of als het niet gekocht werd voor uw eigen gebruik, geef het dan terug en koop uw eigen kopij.  Bedankt dat u het harde werk van de auteur respecteert.  Dit is fictie.  Namen, personages, handelszaken, organisaties, plaatsen, evenementen en gebeurtenissen zijn het product van het voorstellingsvermogen van de auteur of werden fictief gebruikt. Gelijkenissen met werkelijke personen, levend of dood, zijn geheel toevallig. Afbeelding op de omslag auteursrechten hurricanehank, gebruikt onder licentie van Shutterstock.com.

BOEKEN VAN BLAKE PIERCE
EEN ADELE SHARP MYSTERIE

DOODGEBLOED (boek 1)

SPANNENDE, PSYCHOLOGISCHE THRILLERS MET JESSIE HUNT

DE PERFECTE ECHTGENOTE (boek 1)

DE PERFECTE WIJK (boek 2)

HET PERFECTE HUIS (boek 3)

DE AU PAIR

BIJNA WEG (boek 1)

BIJNA VERLOREN (boek 2)

BIJNA DOOD (boek 3)

ZOE PRIME MYSTERIEREEKS

DOODSGEZICHT (boek 1)

MOORDGEZICHT (boek 2)

ANGSTGEZICHT (boek 3)

SPANNENDE, PSYCHOLOGISCHE THRILLERS MET JESSIE HUNT

DE PERFECTE ECHTGENOTE (boek 1)

DE PERFECTE WIJK (boek 2)

RILEY PAIGE MYSTERIE-SERIE

EENS WEG (boek 1)

EENS GEPAKT (boek 2)

EENS BEGEERD (boek 3)

EENS GELOKT (boek 4)

EENS GEJAAGD (boek 5)

EENS WEGGEKWIJND (boek 6)

EENS VERLATEN (boek 7)

HOE RILEY PAIGE BEGON SERIE

IN DE GATEN (boek 1)

AVERY BLACK MYSTERIE-SERIE

MOORD MET EEN HOGER DOEL (boek 1)

OP DE VLUCHT VOOR HOGERE KRACHTEN (boek 2)

SCHUILEN VOOR HOGE VLAMMEN (boek 3)

REDEN OM BANG TE ZIJN (boek 4)

REDEN OM TE REDDEN (boek 5)

MACKENZIE WITTE MYSTERIE-SERIE

VOORDAT HIJ DOODT (boek 1)

VOORDAT ZE ZIET (boek 2)

KATE WISE MYSTERIE SERIE

WIST ZE MAAR (boek 1)

HOOFDSTUK EEN

Eliza Longworth nam een grote slok koffie terwijl ze uitkeek over de Stille Oceaan, en het uitzicht bewonderde dat slechts op steenworp afstand van haar slaapkamer lag. Soms moest ze zichzelf eraan herinneren hoeveel geluk ze eigenlijk had.

Penelope Wooten, met wie ze al vijfentwintig jaar bevriend was, zat in de aangrenzende chaise longue op het terras met uitzicht op Los Liones Canyon. Het was een vrij onbewolkte dag in maart, en in de verte kon je Catalina Island zien. Eliza keek naar links en zag de glimmende torens van het centrum van Santa Monica.

Het was maandag, halverwege de ochtend. De kinderen zaten inmiddels op de kinderopvang en op school, en de spits was weer voorbij. Het enige dat de oude vriendinnen tot aan de lunch op het programma hadden staan, was rondhangen in het drie verdiepingen tellende herenhuis in Pacific Palisades, dat op een heuvel stond. Als ze op dit moment niet zo euforisch was geweest, zou ze zich misschien zelfs een beetje schuldig gaan voelen. Maar zodra dat idee in haar op kwam, dwong ze het onmiddelijk weer uit haar hoofd.

Later vandaag heb je ruimschoots de gelegenheid om je druk te maken. Gun jezelf dit moment gewoon.

"Moet je koffie bijgevuld?" vroeg Penny. "Ik moet toch even een plasje doen."

"Nee, bedankt. Ik hoef nog niet," zei Eliza, voordat ze er met een ondeugende grijns aan toevoegde: "Je weet trouwens dat je het gewoon plassen mag noemen als er alleen volwassenen in de buurt zijn, toch?"

Penny stak haar tong uit bij het opstaan. Ze ontvouwde haar onmogelijk lange benen van de stoel als een giraffe die opstond na een dutje. Haar lange, glanzende blonde haar, zoveel stijlvoller dan Eliza's schouderlange, lichtbruine variant, zat vastgebonden in een modieuze, stoere paardenstaart. Ze zag er nog steeds uit als het catwalkmodel dat ze tijdens haar twintiger jaren was geweest, voordat ze het opgegeven had voor een leven dat weliswaar een stuk minder opwindend, maar ook veel minder hectisch was.

Ze liep naar binnen en liet Eliza alleen achter met haar gedachten. Ondanks haar beste inspanningen keerden deze terug naar hun gesprek van een paar minuten daarvoor. Ze speelde het opnieuw af in haar hoofd, als een eindeloze herhaling die ze niet kon stopzetten.

"Gray lijkt de laatste tijd zo ver weg," had Eliza gezegd. “We zorgden er altijd voor dat we samen met de kinderen de avondmaaltijd gebruikten. Maar sinds hij senior partner is geworden, zit hij steeds bij al die dinerbijeenkomsten."

"Dat frustreert hem vast net zo erg als jou," had Penny haar verzekerd. "Zodra alles een beetje tot rust is gekomen, wordt het heus wel weer zoals het was."

"Ik kan er wel tegen dat hij meer weg is. Ik snap het. Hij draagt nu meer verantwoordelijkheid voor het succes van het bedrijf. Maar wat me irriteert, is dat hij het niet als een verlies lijkt te beschouwen. Hij heeft nooit gezegd dat hij het jammer vindt dat hij nu dingen moet missen. Ik weet niet eens zeker of hij het überhaupt opmerkt."

"Dat doet hij ongetwijfeld wel, Lizzie," had Penny gezegd. "Hij voelt zich er waarschijnlijk gewoon schuldig over. Als hij erkent wat hij mist wordt het nog erger. Ik wed dat hij het gewoon uit zijn hoofd probeert te zetten. Dat doe ik soms ook."

"Wat doe je precies?" vroeg Eliza.

"Dan doe ik alsof iets waar ik mee bezig ben, dat niet al te bewonderenswaardig is, eigenlijk helemaal niet zo erg is, want als ik zou toegeven dat het wel erg is voel ik me er nog rottiger onder."

"Wat doe je dan, dat zo erg is?" vroeg Eliza spottend.

"Vorige week heb ik bijvoorbeeld een half blikje Pringles in één keer gegeten. En toen schold ik de kinderen de huid vol omdat ze ijs wilden als middagsnack. Zoiets bijvoorbeeld."

"Je hebt helemaal gelijk. Wat een verschrikkelijk mens ben jij."

Penny stak haar tong uit voordat ze reageerde. Penny was een ster in het tong-uitsteken.

"Mijn punt is: misschien is hij er niet zo ongevoelig voor als het lijkt. Heb je al aan therapie gedacht?"

"Je weet toch dat ik niet in die onzin geloof. Trouwens, waarom zou ik naar een therapeut gaan als ik jou heb? Met Penny-therapie en yoga zit ik emotioneel gebakken. Nu we het er toch over hebben, gaat morgenochtend bij jou thuis nog door?"

“Absoluut.”

Nu ze er weer over nadacht, zonder geintjes, was relatietherapie misschien toch niet zo'n gek idee. Eliza wist dat Penny en Colton dat iedere week deden, en het leek erop dat het hun relatie sterker had gemaakt. Als ze er toch voor zou gaan wist ze in ieder geval dat haar beste vriendin haar er niet scheef over zou aankijken.

Sinds de lagere school hadden ze op elkaar gelet. Ze herinnerde zich nog dat Kelton Prew haar aan haar staartjes had getrokken, en Penny hem toen tegen zijn scheenbeen had geschopt. Dat was de eerste dag van de derde klas. Sindsdien waren ze de allerbeste maatjes geweest.

Ze hadden elkaar door talloze worstelingen heen geholpen. Eliza was er voor Penny geweest toen ze op de middelbare school met boulimia worstelde. In hun tweede studiejaar was Penny degene geweest die haar ervan had overtuigd dat ze niet gewoon een vervelende date had gehad, maar dat het verkrachting was geweest, wat Ray Houson haar had aangedaan.

Penny ging met haar mee naar de campuspolitie en zat in de rechtszaal om morele steun te bieden toen ze in de getuigenbank zat. En toen de tenniscoach haar uit het team halen en haar studiebeurs wilde intrekken omdat ze er maanden later nog steeds onder leed, ging Penny naar hem toe en dreigde haar vriendin te helpen om die klootzak aan te klagen. Eliza bleef in het team en werd uitgeroepen tot junior conferentiespeler van het jaar.

 

Toen Eliza een miskraam kreeg nadat ze anderhalf jaar lang probeerde zwanger te worden, kwam Penny elke dag langs totdat ze er eindelijk klaar voor was uit haar bed te kruipen. En toen bij Penny's oudste zoon, Colt Jr., autisme werd vastgesteld, was het Eliza die wekenlang onderzoek deed en de school vond die hem eindelijk hielp op te bloeien.

Ze hadden samen zoveel veldslagen doorstaan dat ze zichzelf graag de Westside Warriors noemden, ook al vonden hun echtgenoten dat een belachelijke naam. Dus als Penny haar voorstelde om weer relatietherapie te overwegen, dan moest ze er misschien toch aan beginnen.

Eliza ontwaakte uit haar gedachten toen er een belletje klonk op Penny's telefoon. Ze pakte de telefoon, met de bedoeling haar vriendin te laten weten dat iemand haar probeerde te bereiken. Maar toen ze de naam bij de sms zag, opende ze het bericht. Het was van Gray Longworth, de echtgenoot van Eliza. Er stond:

Kan niet w8en je vanavnd te zien. Ik mis je geur. 3 dagen zonder jou is te lang. Heb tegen Lizzie gezegd dat ik een partnerdiner heb. Dezelfde tijd & plaats, toch?

Eliza legde de telefoon neer. Haar hoofd zwom plotseling en ze voelde zich slap. De mok glipte uit haar hand, raakte de grond en viel uiteen in tientallen keramische scherven.

Penny kwam weer naar buiten gerend.

"Alles goed?" vroeg ze. "Ik hoorde iets breken."

Ze keek omlaag naar de mok, met koffie eromheen gespetterd, en toen naar Elisa's verbijsterde gezicht.

"Wat is er aan de hand?" vroeg ze.

Eliza's ogen gingen onwillekeurig naar Penny's telefoon en ze zag hoe haar vriendin haar blik volgde. Ze zag het moment van herkenning in Penelope's ogen toen die twee en twee bij elkaar optelde en besefte waar haar oudste, beste vriendin zo van was geschrokken.

"Het is niet wat het lijkt," zei Penny bezorgd. Ze deed geen poging te ontkennen wat ze allebei al wisten.

"Hoe kan je het over je hart verkrijgen om dit te doen?" vroeg Eliza, die de woorden nauwelijks kon uitbrengen. "Ik vertrouwde jou meer dan wie dan ook ter wereld. En dan doe je dit?"

Ze had het gevoel dat iemand een luik onder haar had geopend en dat ze in een donkere put van het niets viel. Alle houvast in haar leven leek voor haar ogen te verdwijnen. Het voelde alsof ze moest overgeven.

"Alsjeblieft, Eliza," smeekte Penny, terwijl ze naast haar vriendin op de grond knielde. "Laat het me uitleggen. Het is gebeurd, maar het was een vergissing, een fout die ik sindsdien heb geprobeerd goed te maken."

"Een vergissing?" herhaalde Eliza, terwijl ze rechtop in haar stoel zat. Misselijkheid vermengde zich met woede en deed kolkend gal van haar maag naar haar keel borrelen. "Een vergissing is struikelen over een stoeprand en iemand per ongeluk omver stoten. Een vergissing is vergeten de een af te trekken in een wiskundesom. Een vergissing is niet per ongeluk seks hebben met de echtgenoot van je beste vriendin, Penny!"

"Ik weet het," erkende Penny, met een stem verstikt van spijt. "Dat had ik niet zo moeten zeggen. Het was een vreselijke beslissing, genomen in een moment van zwakte, aangewakkerd door te veel glazen viognier. Ik heb hem gezegd dat het uit is."

'''Uit' suggereert dat het meer dan eens is gebeurd," merkte Eliza op terwijl ze overeind krabbelde. "Hoe lang doe je het al met mijn man?"

Penny stond maar te zwijgen, en was duidelijk aan het overwegen of eerlijk zijn meer kwaad dan goed zou doen.

"Ongeveer een maand," gaf ze uiteindelijk toe.

Ineens werd het een stuk logischer dat haar man recentelijk zo vaak bij zijn gezin weg was geweest. Elke nieuwe onthulling leek wel een nieuwe dolkstoot. Eliza had het gevoel dat haar gerechtvaardigde woede het enige was dat haar nog staande hield.

"Grappig," merkte Eliza bitter op. "Dat is nu net hoe lang Gray al naar die late partnerbijeenkomsten moet, waarvan jij zei dat hij ze waarschijnlijk heel vervelend vond. Wat een toeval."

"Ik dacht dat ik er vat op kon hebben…" begon Penny.

"Waag het niet," viel Eliza haar abrupt in de rede. "We weten allebei dat je af en toe wat rusteloos kan zijn. Maar om daar dan zo mee om te gaan?"

"Ik weet dat dit niet helpt," drong Penny aan. "Maar ik was van plan om het uit te maken. Ik heb hem al drie dagen niet gesproken. Ik probeerde alleen een manier te vinden om het uit te maken zonder dat het met jou tot een uitbarsting kwam."

"Dan ziet het ernaar uit dat je een nieuw plan nodig hebt," spuwde Eliza, terwijl ze zich inhield om de scherven van het koffiekopje tegen haar vriendin aan te schoppen. Ze werd slechts tegengehouden door haar blote voeten. Ze klampte zich vast aan haar woede, wetende dat dit het enige was dat haar ervan weerhield volledig in te storten.

"Laat me alsjeblieft een manier vinden om dit recht te zetten. Er moet toch iets zijn dat ik kan doen. "

"Jazeker kan je iets doen," verzekerde Eliza haar. "Oprotten."

Haar vriendin staarde haar even aan. Maar ze voelde kennelijk aan hoezeer Eliza het meende, want haar aarzeling was kort.

"Oké," zei Penny, terwijl ze haar spullen oppakte en zich naar de voordeur haastte. "Ik ga weg. Maar laten we er later over praten. We hebben zoveel samen meegemaakt, Lizzie. Laten we dat alles niet hierdoor laten verpesten. "

Eliza dwong zichzelf om haar niet ter antwoord verwensingen toe te brullen. Dit zou de laatste keer kunnen zijn dat ze haar "vriendin" ooit weer zou zien, en ze wilde dat Penny goed doordrongen was van de omvang van de situatie.

"Dit is anders," zei ze langzaam, met nadruk op elk woord. “Al die andere keren was het wij tegen de wereld, en gaven we elkaar rugdekking. Ditmaal was het een dolkstoot in de rug. Onze vriendschap is voorbij."

Toen sloeg ze de deur dicht voor de neus van haar beste vriendin.

HOOFDSTUK TWEE

Jessie Hunt schrok wakker, even in verwarring over waar ze was. Het duurde even voordat ze weer wist dat ze zich in de lucht bevond, op een maandagochtendvlucht van Washington DC terug naar Los Angeles. Ze keek op haar horloge en zag dat het nog twee uren duurde voor de landing.

Ze probeerde niet weer in te dommelen, en pepte zichzelf op door een slokje te nemen van de waterfles die in de rugleuningzak was gepropt. Ze spoelde het door haar mond en probeerde haar gortdroge tong wat te bevochtigen.

Ze had een goede reden voor haar dutje. De afgelopen tien weken waren zo'n beetje de meest vermoeiende van haar leven geweest. Ze had net de National Academy van de FBI afgerond, een intensief trainingsprogramma voor plaatselijk politiepersoneel, dat was bedoeld om hen vertrouwd te maken met de onderzoekstechnieken van de FBI.

Het exclusieve programma was alleen beschikbaar voor diegenen die waren voorgedragen door hun leidinggevenden. Buiten aangenomen worden voor Quantico om een echte FBI-agent te worden, was deze spoedcursus het beste dat je kon bereiken.

Onder normale omstandigheden zou Jessie er niet voor in aanmerking zijn gekomen. Tot voor kort was ze slechts interim junior adviseur criminele profilering bij de LAPD. Maar nadat ze een spraakmakende zaak had opgelost, was haar reputatie snel gestegen.

Achteraf begreep Jessie waarom de academie de voorkeur gaf aan meer ervaren agenten. De eerste twee weken van het programma was ze volledig overweldigd door de enorme hoeveelheid informatie die op haar afkwam. Ze had lessen in forensische wetenschappen, rechten, terroristische denkwijzen, en haar aandachtsgebied, gedragswetenschappen, waar de nadruk werd gelegd op inzicht krijgen in hoe moordenaars dachten om hun motieven beter te kunnen begrijpen. En dan had je het nog niet over de meedogenloze fysieke training, waarvan iedere spier in haar lichaam pijn deed.

Uiteindelijk begon het haar toch te dagen. Ze begon de cursussen, die veel weg hadden van wat haar werkzaamheden tijdens haar studie criminele psychologie, beter te begrijpen. Na ongeveer een maand schreeuwde haar lichaam haar niet meer elke ochtend bij het ontwaken toe. En het beste van alles: de tijd die ze doorbracht in de afdeling Gedragswetenschappen bracht haar in contact met de beste experts ter wereld op het gebied van seriemoordenaars. Ze hoopte ooit bij hen te horen.

Er was nog een voordeel. Omdat ze bijna ieder moment van de dag zo hard aan het werk was, zowel mentaal als fysiek, droomde ze bijna nooit. Of in ieder geval had ze geen nachtmerries.

Thuis werd ze vaak gillend wakker, badend in koud zweet, terwijl herinneringen aan haar jeugd of haar meer recente trauma's in haar onderbewustzijn werden herhaald. Haar meest recente bron van angst herinnerde ze zich nog. Het was haar laatste gesprek met de gedetineerde seriemoordenaar Bolton Crutchfield, het gesprek waarin hij haar had verteld dat hij binnenkort een babbeltje zou gaan maken met haar eigen moorddadige vader.

Als ze de afgelopen tien weken in L.A. had doorgebracht, dan zou ze het grootste deel van de tijd hebben zitten malen over of Crutchfield haar de waarheid vertellen of haar aan het sarren was. En als hij wel eerlijk was geweest, hoe zou hij dan precies een gesprek weten te regelen met een voortvluchtige moordenaar, terwijl hij vastzat in een beveiligd psychiatrisch ziekenhuis?

Maar aangezien ze duizenden kilometers verder zat, bijna elke seconde gefocust op onverbiddelijk moeilijke taken, had ze zich niet kunnen fixeren op Crutchfields beweringen. Ze zou er waarschijnlijk al gauw weer mee beginnen, maar nu nog even niet. Op dit moment was ze gewoon te moe om zich te laten tarten door haar gedachten.

Toen ze weer in haar stoel ging zitten en weer in begon te dommelen, kwam er een gedachte op Jessie op.

Het enige dat kennelijk nodig is om me de rest van mijn leven een goede nachtrust te bezorgen, is elke ochtend sporten tot ik bijna moet overgeven, gevolgd door tien uur non-stop professionele instructie. Mij best.

Voordat de grijns goed en wel op haar lippen verschenen was, was ze alweer in slaap gevallen.

*

Dat knusse, troostende gevoel verdween als sneeuw voor de zon op het moment dat ze even na het middaguur LAX uitliep. Vanaf nu moest ze weer constant op haar hoede zijn. Ze had, per slot van rekening, voor haar vertrek naar Quantico vernomen dat er een nooit eerder gevangengenomen seriemoordenaar op jacht was. Xander Thurman was al maanden naar haar op zoek. Thurman was toevallig ook haar vader.

Ze pakte een rideshare van het vliegveld naar haar werk, het Central Community Police Station in het centrum van L.A.. Officieel begon ze pas morgen weer met werken en ze had geen zin in een babbeltje, dus vermeed ze de centrale werkvloer van het bureau.

In plaats daarvan ging ze naar haar toegewezen postbusvakje en haalde haar post op, die was doorgestuurd vanuit een postbus. Niemand – haar collega's niet, haar vrienden niet, zelfs haar adoptieouders niet – kende haar werkelijke adres. Ze had het appartement gehuurd via een leasemaatschappij; haar naam stond nergens op de overeenkomst en er was geen papierwerk dat haar met het gebouw verbond.

Toen ze de post had gepakt, liep ze door een zijgang naar het wagenpark, waar altijd taxi's stonden te wachten in de aangrenzende steeg. Ze stapte in een van de taxi's en stuurde hem naar het winkelcentrum dat naast haar flatgebouw lag, ongeveer drie kilometer verderop.

Een van de redenen waarom ze deze plek had uitgekozen nadat haar vriendin Lacy erop had gestaan dat ze verhuisde, was dat het moeilijk te vinden was en nog moeilijker om zonder toestemming te betreden. Allereerst bevond de parkeerstructuur zich onder het aangrenzende winkelcentrum in hetzelfde gebouw, dus als ze door iemand gevolgd werd, zou die het niet gemakkelijk hebben om erachter te komen waar ze naartoe ging.

En als iemand er wel achter kwam, had het gebouw nog een portier en een bewaker. De voordeur en de liften vereisten allebei pasjes. En er stonden geen huisnummers vermeld bij de appartementen. Bewoners moesten gewoon onthouden welke van hen was.

Desondanks had Jessie extra voorzorgsmaatregelen getroffen. Toen de taxi, waarvoor ze contant had betaald, haar afzette, liep ze het winkelcentrum in. Eerst liep ze snel door een cafeetje, meanderend door de menigte, voordat ze door een zij-uitgang ging.

Vervolgens trok ze de capuchon van haar trui over haar schouderlange bruine haar en liep door een foodcourt naar een gang met toiletten, naast een deur met de opdruk "Alleen personeel". Ze duwde de deur van het damestoilet open, zodat iedereen die haar volgde het zou zien sluiten, en zou denken dat ze er naar binnen was gegaan. In plaats daarvan haastte ze zich zonder achterom te kijken door de personeelsingang, een lange gang met achterdeuringangen naar elk bedrijf.

 

Ze rende door de bochtige gang tot ze bij een trappenhuis kwam met een bordje waarop "Onderhoud" stond. Ze haastte zich zo stil mogelijk de trap af, en gebruikte het sleutelpasje die ze van de gebouwbeheerder had gekregen om ook die deur te ontgrendelen. Ze had speciale toestemming gevraagd om dit gebied te betreden op basis van haar relatie met de LAPD, in plaats van te proberen uit te leggen dat ze voorzorgsmaatregelen trof omdat haar vader een voortvluchtige seriemoordenaar was.

De onderhoudsdeur sloot en vergrendelde zich achter haar, terwijl ze zich door een nauwe doorgang begaf met blootliggende pijpen die onder alle hoeken uitstaken, en metalen kooien voor de beveiling van apparatuur waar ze niet wijs uit kon worden. Na een paar minuten obstakels ontwijken, bereikte ze een kleine nis bij een grote ketel.

De nis lag halverwege de gang en was daarom onverlicht, en gemakkelijk over het hoofd te zien. De eerste keer dat ze hier beneden was geweest, hadden ze haar erop moeten wijzen. Ze stapte de nis in terwijl ze de oude sleutel tevoorschijn haalde die ze haar hadden gegeven. Het slot van deze deur was een ouderwetse grendel. Ze draaide hem om, duwde de zware deur open, sloot hem snel en deed hem achter zich op slot.

Nu was ze in de voorraadkamer op het souterrain van haar flatgebouw, en was ze officieel overgestapt van het winkelcentrum naar het appartementencomplex. Ze haastte zich door de verduisterde ruimte, en struikelde bijna over een bak bleekmiddel die op de vloer lag. Ze opende die deur, doorkruiste het lege kantoor van de onderhoudsmanager, en liep het krappe trappenhuis op dat uitkwam op de achterste gang van de hoofdverdieping van het flatgebouw.

Ze liep de hoek om naar de vestibule met de rij liften, waar ze Jimmy de portier en Fred de bewaker in de lobby vriendelijk met een bewoner hoorde praten. Ze had nu geen tijd om bij te kletsen, maar beloofde zichzelf dat ze later wel contact zou maken.

Beiden waren aardige jongens. Fred was een voormalige agent van de verkeerspolitie die vroegtijdig met pensioen was gegaan na een zwaar motorongeluk op het werk. Daardoor liep hij mank en had hij een groot litteken op zijn linkerwang, maar het weerhield hem er niet van om onophoudelijk grappen te maken. Jimmy, halverwege de twintig, was een lieve, oprechte jongen die deze baan gebruikte om zijn studie te betalen.

Ze liep langs de vestibule naar de dienstlift, die niet zichtbaar was vanuit de lobby, haalde haar pasje door de gleuf en wachtte angstig af om te zien of iemand haar achterna kwam. Ze wist dat de kans klein was, maar dat weerhield haar er niet van om zenuwachtig van de ene voet naar de andere te huppen totdat de lift arriveerde.

Toen die kwam stapte ze naar erin, drukte op de knop voor de vierde verdieping en vervolgens op de knop om de deur te sluiten. Toen de deuren opengingen, haastte ze zich door de gang tot ze bij haar appartement kwam. Ze nam even de tijd om op adem te komen en bestudeerde haar deur.

Op het eerste gezicht zag deze er net zo onopvallend uit als alle anderen op de verdieping. Maar toen ze er introk, had ze de beveiliging op verscheidene manieren versterkt. Allereerst deed ze een stapje achteruit, zodat ze op een meter afstand van de deur was, en precies op één lijn met het kijkgaatje. Om de rand rond het gat was een doffe groene gloed te zien die vanuit geen enkele andere hoek zichtbaar was. Dit gaf aan dat niemand zich met geweld toegang tot haar flat had verschaft. Was dat wel het geval geweest, dan was de rand rond het kijkgaatje rood.

Naast de Nest-deurbelcamera die ze had geïnstalleerd, waren er ook meerdere verborgen camera's in de gang. Eentje had direct zicht op haar deur. Een ander keek uit op de hal, met uitzicht op de lift en het aangrenzende trappenhuis. Een derde wees in de andere richting van de tweede trap. Ze had ze onderweg in de taxi allemaal gecontroleerd, en vandaag geen verdachte bewegingen rondom haar flat gezien.

De volgende stap was naar binnen gaan. Ze gebruikte een traditionele sleutel om een van de schuifgrendels te openen, haalde toen haar pasje door en hoorde de andere schuifgrendel ook opengaan. Ze stapte naar binnen toen de alarmwaarschuwing van de bewegingssensor afging, liet haar rugzak op de grond vallen en negeerde het alarm terwijl ze beide deuren hervergrendelde en ook de veiligheidsbalk terugschoof. Pas toen toetste ze de achtcijferige code in.

Daarna pakte ze de wapenstok die ze bij de deur bewaarde, en ze haastte zich naar de slaapkamer. Ze tilde het verwijderbare fotolijstje naast de lichtschakelaar op om het verborgen beveiligingspaneel te onthullen, en toetste de viercijferige code in voor het tweede, stille alarm – het alarm dat rechtstreeks contact opnam met de politie als ze het niet binnen veertig seconden uitschakelde.

Pas toen mocht ze van zichzelf weer ademen. Terwijl ze langzaam in- en uitademde, liep ze door het kleine appartement met de wapenstok in de hand, overal op voorbereid. Het doorzoeken van de hele ruimte, inclusief de kasten, douche en voorraadkast, duurde minder dan een minuut.

Toen ze er zeker van was dat ze alleen en veilig was, controleerde ze de zes nanny-cams die ze door verspreid door de flat had aangebracht. Toen bekeek ze de sloten op de ramen. Alles werkte nog. Dan bleef er nog maar één plek over om te controleren.

Ze stapte de badkamer binnen en opende de smalle kast met planken met spullen zoals extra toiletpapier, een zuiger, zeep, douchesponsjes en spiegelreinigingsvloeistof. Er zat een kleine sluiting aan de linkerkant van de kast, die alleen zichtbaar was als je wist waar je moest zoeken. Ze draaide hem om en trok eraan, terwijl ze de verborgen vergrendeling voelde klikken.

De kast zwaaide open, en erachter kwam een bijzonder smalle schacht tevoorschijn, met een touwladder aan de bakstenen muur. De buis en ladder strekten zich uit van haar unit op de vierde verdieping naar een kruipruimte in de wasruimte in de kelder. Het was ontworpen als haar laatste nooduitgang, als al haar andere veiligheidsmaatregelen zouden mislukken. Ze hoopte dat ze het nooit nodig zou hebben.

Ze legde de plank terug en stond op het punt terug te keren naar de woonkamer toen ze zichzelf in de badkamerspiegel zag. Het was de eerste keer dat ze zichzelf grondig had bestudeerd sinds haar vertrek. Haar spiegelbeeld stelde haar tevreden.

Op het eerste gezicht zag ze er niet zo anders uit dan voorheen. Ze was een jaartje ouder geworden terwijl ze bij de FBI werkte en was nu negenentwintig, maar ze zag er niet ouder uit. Ze vond zelfs dat ze er beter uitzag dan voor haar vertrek.

Haar haar was nog bruin, maar het leek op de een of andere manier alsof het veerkrachtiger, minder futloos was, dan toen ze vele weken geleden L.A. verliet. Ondanks de lange dagen bij de FBI, sprankelden haar groene ogen van energie en hadden ze niet langer de donkere schaduwen eronder die inmiddels zo normaal voor haar waren geworden. Ze was nog steeds slank voor haar een meter achtenzeventig, maar ze voelde zich sterker en steviger dan voorheen. Haar armen waren strakker en ze had van de eindeloze sit-ups en plankhoudingen een platte buik gekregen. Ze voelde zich…voorbereid.

Ze liep naar de woonkamer en deed eindelijk de lichten aan. Het duurde even voordat ze zich herinnerde dat al het meubilair in de ruimte van haar was. Het grootste deel ervan had ze gekocht vlak voor ze naar Quantico vertrok. Dat had niet anders gekund. Ze had alle spullen verkocht uit het huis waarvan ze samen met haar sociopathische ex-man de eigenaar was geweest. Kyle zat momenteel in de gevangenis. Daarna had ze een tijdje in het appartement van haar oude studievriendin, Lacy Cartwright, gelogeerd. Maar nadat er was ingebroken door iemand die namens Bolton Crutchfield een boodschap aan Jessie had gestuurd, had Lacy erop aangedrongen dat ze haar biezen pakte, en wel meteen.

En dat was dus precies wat ze had gedaan, een tijdje in een hotel gewoond waar je per week betaalde, totdat ze een plek had gevonden – deze plek – die voldeed aan haar beveiligingsbehoeften. Maar het was ongemeubileerd, dus ze had een deel van haar geld van de scheiding in één keer opgemaakt aan meubels en apparatuur. Omdat ze zo snel na de aankopen naar de National Academy had moeten vertrekken, had ze geen kans gekregen om ervan te genieten.